Zondagmorgen,
Iedere training die je gaat verzorgen moet je van te voren wel even over nadenken. Niet dat je iedere training meteen maar volledig moet uitschrijven maar op z’n minst over nagedacht hebben. Als het een training in het bos is moet je ook er over nagedacht hebben op welke locatie je dat wilt doen. In ieder geval vandaag moest ik een laan hebben die naar twee kanten uit te belopen zou zijn en het liefst ook nog in de schaduw. Het kan dan wel wat minder warm zijn dan afgelopen week maar vol in de zon lopen dat is vragen om moeilijkheden.
Nou ken ik wel een aantal plekken die ongeveer aan die voorwaarden voldoen maar andere trainers kennen die plekken ook.
Op de plaats aangekomen waar ik de training heb gepland, staat er een schaftkeet van bosarbeiders en dat wordt vandaag onze uitvalsresidentie. Een prima referentiepunt tot waar je moet lopen. In paartjes lopen vandaag. Van ieder koppel gaat er eentje in oostelijke richting en eentje in de westelijke. Na 1′ tempo lopen fluit ik en er wordt gekeerd en als het goed is treffen ze elkaar weer precies bij Kate Bush. Om nou te voorkomen dat ik over me heen krijg dat oostwaarts zwaarder is dan west gaan we weer maar dan loopt iedereen een andere kant op. Dit zelfde doen we ook nog met 1’30″en nog eens met 2′. Eigenlijk hoor je ook nog terug te gaan. Helaas ontbreekt ons de tijd hiervoor.
De bidons met water zijn op de terugweg een stuk lichter dan op de heenweg. Als rooie koppen een graadmeter zouden zijn van tevredenheid. Dan was iedereen zeer tevreden.
Bij Kate Bush(??!!). Dat moet dan wel een héél zware heuveltraining zijn en dat met die hitte. “We’re running up that hill with no problems” 🙂