Donderdag,
Afgelopen week heb ik nog enig mailcontact gehad met Rob. Ja….Rob waarvan we aantal weken geleden voorlopig afscheid van hebben genomen als trainer omdat hij zijn Master diploma als sportwetenschapper in Zuid-Afrika gaat halen. Ik zeg gaat halen omdat ik er nagenoeg van overtuigd ben dat hij dat gaat redden. Ik vroeg hem naar zijn bevindingen in deze eerste periode. Hij schreef me het navolgende:
Als je gevraagd wordt om te schrijven over jouw verblijf in Zuid Afrika, waarover ga je dan schrijven? In januari ben ik naar Zuid Afrika gekomen voor het doen van sport wetenschappelijk onderzoek, om daarmee mijn Master in ‘Exercise Science’ te behalen. Tot op heden is dat dan ook waar ik mij mee bezig heb gehouden. Hoewel ik graag had willen schrijven over spannende crosscountry runs over de Tafelberg of verhalen over achterna gezeten worden door leeuwen, kan ik helaas alleen maar schrijven over sportwetenschap. Ik zit in een omgeving waarin iedereen bezig is om meer te kennis winnen over verschillende aspecten in de sport. Dit kunnen nieuwe strategieën in rugby zijn of onderzoek naar het effect van bepaalde voedingstoffen in de efficiëntie van krachttraining. Er wordt onderzoek gedaan naar veel verschillende soorten sport, maar één sport komt telkens weer terug: hardlopen.
Er zijn veel redenen te bedenken waarom er zoveel onderzoek gedaan wordt naar hardlopen. Ten eerste is hardlopen een sport die in veel andere sporten terugkomt. Nieuwe inzichten over hardlopen zijn dan ook toe te passen op veel andere sporten en daarom is het zo populair om er onderzoek naar te doen. Ten tweede is hardlopen een pure vorm van bewegen. Iedereen loopt al van kinds af aan hard, je hoeft het van niemand te leren en hardlopen voor de een is hetzelfde als hardlopen voor een ander, wat ideaal is voor onderzoek doeleinden. Ten derde heb je voor hardlopen in het veld geen materialen nodig (in principe zelfs geen schoenen), waardoor het een goedkope en makkelijk toepasbare manier van onderzoek doen is. Ten vierde zijn parameters tijdens hardlopen gemakkelijk te meten. Een proefpersoon op een loopband kan gemakkelijk aangesloten worden op een hartmonitor, bloeddrukmeter en thermomonitor. Daarnaast zijn snelheid, helling, wind, zuurstofgehalte en temperatuur gemakkelijk aan te passen. Alles is mogelijk. Ten slotte is de grote van de ‘samplegroep’ of populatie belangrijk. Naast rugby en cricket is hardlopen één van de populairste sporten in Zuid Afrika en omdat zoveel mensen deze sport uitoefenen is het gemakkelijk om deelnemers te vinden voor onderzoek. Per definitie geldt dat hoe groter een samplegroep is, hoe betrouwbaarder het onderzoek.
Mijn onderzoek gaat over het effect van de biologische klok (ochtend- en avondmensen) op hardloopprestaties. Waarom ik ervoor gekozen heb onderzoek te doen op hardlopers? Simpel: ik ben zelf hardloper!
Onlangs liet hij zich ontvallen dat zijn verblijf ginds hem zo goed beviel dat als zijn zin in studeren en onderzoeken zo bleef dat hij dan waarschijnlijk ook wel 4 jaar verder zou willen gaan. Als je zijn hardloopfoto bekijkt dan zou je bijna zeggen wie zou dat niet willen?
Hé Rob. Bedankt voor je verhaaltje. Als er in de toekomst iets bijzonders te vertellen valt laat het me dan maar weten.